B. Afpersen / Afdreigen

B. AFPERSEN/AFDREIGEN


Art. 284

-1. Met een gevangenisstraf van ten hoogste negen maanden of geldboete van de derde categorie wordt gestraft:

1e. hij die een andere door geweld of enige andere feitelijkheid of door bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid, gericht hetzij tegen die andere hetzij tegen derden, wederrechtelijk dwingt iets te doen, niet te doen of te dulden;

2e. hij die een ander door bedreiging met smaad of smaadschrift dwingt iets te doen, niet te doen of te dulden.

-2. (----).


Art. 285

-1. Bedreiging met openlijk geweld met verenigde krachten tegen personen of goederen, (----), met enig misdrijf waardoor de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar wordt gebracht, (----) met enig misdrijf tegen het leven gericht, met gijzeling, met zware mishandeling of met brandstichting, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.

-2. Indien deze bedreiging schriftelijk en onder een bepaalde voorwaarde geschiedt, wordt ze

gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde

categorie.


Art. 317

-1. Hij die, met het oogmerk om zich of een andere wederrechtelijk te bevoordelen, door geweld of bedreiging met geweld iemand dwingt hetzij tot de afgifte van enig goed dat geheel of ten dele aan deze of aan een derde toebehoort, (----) hetzij tot het beschikking stellen van gegevens met geldswaarde in het handelsverkeer wordt, als schuldig aan afpersing, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren of geldboete van de vijfde categorie.

-2. Met dezelfde straf wordt gestraft hij die de dwang, bedoeld in het eerste lid, uitoefent door de bedreiging dat gegevens die door middel van een geautomatiseerd werk zijn opgeslagen, onbruikbaar of ontoegankelijk zullen worden gemaakt of zullen worden gewist.

-3. (----).


Art. 318

-1. Hij die, met het oogmerk om zich of een ander wederrechtelijk te bevoordelen, door bedreiging met smaad, smaadschrift of openbaring van een geheim iemand dwingt hetzij tot afgifte van enig goed (----), hetzij tot het ter beschikking stellen van gegevens met geldswaarde in het handelsverkeer wordt als schuldig aan afdreiging, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of geldboete van de vijfde categorie.